Brazilië – swingend land met een mooie toekomst
Rio de Janeiro is een van die wereldsteden die iedereen kent en waar iedereen een beeld bij heeft. Het Copacabanastrand, het Christusbeeld op de Corcovadoberg, de Suikerbroodberg met de kabelbaan, beroemde voetballers en swingende sambadansers. En ja, we hebben ze allemaal gezien, dat wil zeggen: wel voetballers, maar geen beroemde. Toch was het hoogtepunt van mijn bezoek aan Rio voor mij iets heel anders, iets heel menselijks: het bezoek aan de favela Santa Marta, een sloppenwijk die tegen een steile helling bij de wijk Botafogo ligt.
Santa Marta staat symbool voor de positieve ontwikkelingen in Rio’s arme wijken. De drugsbendes zijn verjaagd, er zijn nieuwe voorzieningen aangelegd en de wijk leeft op. Het sterke saamhorigheidsgevoel zorgt ervoor dat de bewoners beter samenwerken en weer trots worden op hun wijk. In Santa Marta is dat al jaren aan de gang, mede dankzij het bezoek van Michael Jackson die in de jaren ’90 een deel van een videoclip opnam in Santa Marta. Hij wordt nu aanbeden als een heilige.
Naast het zakencentrum van Rio ligt de heuvelachtige wijk Santa Teresa, de meest sfeervolle wijk van de stad. Stijlvolle en kleurrijke huizen, gezellige cafés en met kinderhoofdjes geplaveide straten kenmerken de wijk die na een periode van verpaupering opgeleefd is en nu weer volop swingt. Er vestigen zich nu veel kunstenaars die de wijk van nieuwe kleur voorzien. Het historische trammetje dat zich door de wijk slingert staat momenteel stil, maar gaat als alles lukt binnenkort weer rijden, zodat Santa Teresa makkelijk te bereiken is. Vanaf het hoogste punt heb je een schitterend uitzicht over de stad en de baai.
Voordat we Rio verlaten maken we kennis met de Braziliaanse muziek. Tijdens het diner in een hip restaurant in het uitgaanscentrum van de stad luisteren we naar de sensuele bossanova en na afloop nemen we een taxi naar de sambaschool van Salgueiro. Een groot contrast, want in de sambaschool staat het volume een stuk hoger en wordt volop gedanst door de leerlingen op de flitsende sambaritmes.
Een ander groot contrast is het eiland Ilha Grande, dat op een paar uur rijden ten zuiden van Rio de Janeiro aan de Costa Verde, de ‘groene kust’, ligt. Al het stadslawaai laat je achter je en je komt in een groene oase terecht. Vanuit het havenstadje Angra dos Reis vaar je met een houten schip in ongeveer anderhalf uur naar het dorpje Abraão, waar je kunt overnachten in een van de kleinschalige accommodaties. Het heuvelachtige eiland is autovrij en om ergens te komen heb je de keuze tussen lopen en varen. Er zijn diverse wandelpaden door de prachtige jungle die je naar het ene na het andere mooie strand brengen. Het mooiste strand volgens velen is Lopes Mendes, een kilometerslang wit zandstrand met fijn poederzand en een stevige branding waar je kunt surfen. Er woont niemand, het is puur natuur; een stukje paradijs op aarde.
Ons derde reisdoel is Ouro Preto, een historische stad in de bergen in het binnenland, vol schitterende gebouwen. Met name de barokke kerken zijn ware kunstwerken, zowel van buiten als van binnen. In de omgeving werd goud gedolven en dat werd ook in het interieur verwerkt; sommige kerken zijn buitengewoon rijk gedecoreerd. De stad is door de eeuwen heen zeer authentiek gebleven en ook de huizen zijn prachtig; het is als een reis door de tijd.
Brazilië is echt een ontdekking. Het land heeft nog veel onontdekte rijkdommen en is volop in ontwikkeling. Ik help je graag de schatten van Brazilië te ontdekken!