Honeymoon!

Onze huwelijksreis van bijna drie weken ging naar het betoverende Indonesië. Omdat we daar gingen rondreizen en diverse binnenlandse vluchten op het programma hadden staan, zijn we op reis gegaan met ieder één rugzak met slechts 10 kilo bagage (!). Onze reis begon met een paar dagen Sanur op Bali, waar we heerlijk hebben uitgerust. Verder hebben wij Ubud bezocht, de plaats die wordt beschouwd als cultureel centrum van het eiland. Ubud staat bekend om de hindoeïstische tempels, het “Monkey Forest”, de vele kunstwinkeltjes met onder andere schilderijen en houtsnijwerken en de vele rijstvelden aan de rand van het stadje. En uiteraard hebben wij een avond gedineerd op Jimbaran Beach, waar je de mooiste zonsondergang ziet, super romantisch. Heerlijk met de voetjes in het zand en zelf een keuze maken uit één van de vele, vers gevangen, vissen.

Daarna vlogen we met een klein vliegtuigje naar het wat minder bekende en dus ook minder toeristische eiland Flores. Hier hebben wij een rondreis gemaakt, inclusief een uitstapje met overnachting op een privé-boot naar Rinca. We zijn begonnen met een dag en overnachting in Maumere, lekker luieren op het strand en slapen in een houten chalet aan het strand. Heerlijk om zo aan de rondreis te beginnen.

De volgende dag zijn we met een privéchauffeur begonnen aan de rondreis. Hieronder een opsomming van een aantal dingen die we hebben ondernomen. We zijn op bezoek geweest bij een groep vrouwen in het dorpje Sikka. Dit weefdorp staat bekend om Ikat, de bewoonsters weven de meest mooie, fel gekleurde kleden met ingewikkelde patronen. Het kleuren van de wol doen ze zelf met gebruik van natuurlijke grondstoffen. Uiteraard hebben wij een kleed gekocht, ook al paste die niet in onze rugzak ??.

De volgende dag stonden we als een ware monnik vroeg op (4 uur) om na een lange klim te genieten van de zonsopkomst op de Kelimutu vulkaan. Hier bevinden zich drie kratermeren met ieder zijn eigen kleur, die in de loop van de tijd ook nog eens steeds veranderen. Op het moment dat wij er waren, waren de kleuren turqoise, bruin en donkergroen. We hebben een traditioneel Ngada dorpje bezocht, bekend om de traditionele huizen met hoge, steile daken van gras. Het dorp ligt afgelegen op een berg, ver van de bewoonde wereld en wordt dus nauwelijks bezocht. Hoe authentiek wil je het hebben?

Gelukkig bestond de rondreis niet alleen uit elke dag kilometers maken. Tijdens een vrije dag hebben we een privé-boottocht gemaakt naar een onbewoond eilandje. Onderweg kwamen we langs een eilandje dat bekend staat om honderden “vliegende honden” (vleermuizen) die ondersteboven in de mangrovebossen hangen te slapen. Nou, we hebben ze gezien hoor, echt honderden! Toen onze boot dichterbij kwamen vlogen ze allemaal weg en was het gewoon één grote zwarte wolk. Heel bijzonder om zoveel vleermuizen te zien. Op het onbewoonde eilandje aangekomen werd er voor ons een barbecue klaargemaakt op het strand, terwijl wij heerlijk de tijd hadden om te snorkelen.

We hebben een bezoek gebracht aan het stadje Ruteng, dat het hart vormt van het gebied van de Manggarai-stam, een interessante etnische groep in Flores. Ze dragen zwarte sarongs met felgekleurde patronen. Een nogal spectaculair Manggarai gebruik zijn de caci gevechten, waarbij de deelnemers elkaar te lijf gaan met een zweep van buffelhuid. Deze zweepgevechten zijn een belangrijk onderdeel van de huwelijks ceremonie.

Naast de traditionele rijstvelden hebben wij ook rijstvelden gezien in de vorm van een spinnenweb, uniek in de wereld! De gedachte achter deze vorm is dat iedereen een “puntje” rijstveld krijgt om te bewerken, waarbij de kwaliteit voor iedereen gelijk is.

Misschien wel het hoogtepunt van de rondreis: een privé-boottocht door de Komodo-archipel. Als eerste zijn we naar Rinca gevaren, het kleine eiland dat bekend staat om de Komodovaranen, de grootste hagedis ter wereld. Ze kunnen wel drie meter lang worden en negentig kilo wegen. Onder begeleiding van een gids zijn we naar ze op zoek geweest en…… ja hoor, we hebben ze gevonden! Supergrote en eerlijk gezegd enge beesten, maar wat een ervaring! Daarna zette de boot koers richting het eiland Komodo. Onderweg hebben we lekker gesnorkeld en voor de kust van Komodo is de boot voor anker gegaan. Die nacht hebben wij op de boot geslapen onder de sterrenhemel.

Na de rondreis zijn we met weer een klein vliegtuigje teruggevlogen naar Lombok. Van daaruit zijn we met een lokaal bootje naar Gili Meno (één van de Gili eilanden) gevaren. Aangezien ze daar geen haven hebben werden we vlak bij de kust uit de boot gezet, zodat we het laatste stuk door het water naar het strand moesten lopen. Het eiland heeft poederwitte stranden met palmbomen en ligt in een turkooisblauwe zee. Het eiland is zo klein dat je er in één uur omheen loopt. En ook hier hadden we weer een heerlijk huisje aan het strand. Mooier als dit wordt het niet!

Ben jij nieuwsgierig geworden en wil je meer weten, neem dan contact met mij op.