Kleurig, koloniaal Cartagena en omgeving

Margriet Noort op 06 November 2018
Ik had altijd een aversie tegen Zuid-Amerika, gevaarlijk, corrupt en nog meer van dat soort gemeenplaatsen. Nu ik Colombia heb bezocht, ben ik 360° omgezwaaid. Wat een ontzettend leuke en verrassende bestemming, een aanrader. De mensen zijn aardig, het is er nog erg goedkoop en het is er zo groen, geweldig. Het vraagt ook wel wat aanpassingsvermogen en voor onervaren reizigers zou ik het niet zo snel aanbevelen, maar met humor en een beetje incasseringsvermogen kom je een heel eind.

Helaas was ik er maar kort, 8 dagen, maar toch veel gezien in die korte tijd. Het begon in Cartagena, een prachtige, kleurrijke koloniale stad. Het is groot-deels ommuurd en je kan ook op die muren lopen. Verder gewoon lekker slenteren, genieten van de mooie huizen, kerken en lekker op een terras op een plein wat drinken en eten. Overal hoor je muziek, er hangt een heel relaxte sfeer. Het hotel lag in Getsemani, een leuke buurt met tal van restaurantjes en vlakbij de oude stad. Een prima locatie.

Na twee nachten Cartagena ben ik verkast naar een deel iets buiten de stad, dat was niet heel gezellig, een lange strip met luxe hotels. Heerlijk om te relaxen aan het strand, maar de omgeving is niet heel leuk. Weinig te doen, geen restaurantjes, dus je bent aangewezen op het hotelrestaurant, want overigens prima was.

Vanuit Cartagena heb ik een excursie naar Rosario Island gemaakt, je gaat dan op een grote speedboat en na een klein uurtje varen kom je dan bij Rosario aan. Dat is prachtig, je kan er fietsen, wandelen, luieren of snorkelen en dat laatste heb ik gedaan. Je gaat eerst weer een stukje op een speedboat, naar het rif. Daar ga je dan o.l.v. een gids over het rif snorkelen, dat is zo’n 45 minuten. Na afloop krijg je een heerlijke lunch, nog even luieren op een van de stranden en dan weer met de speedboat terug naar Cartagena. Zeker een aanrader!

Na drie dagen luieren aan de strip, een auto opgehaald om naar Santa Marta, meer noordelijk te gaan, en ja, daar begon het. Het verhuurkantoor was nog dicht, maar het naastgelegen hotel bood soelaas. De mensen van de receptie hebben even gebeld en het personeel van het verhuurkantoor zou er binnen een kwartier zijn. Dat was ook zo, daar kwamen Peppi en Kokki (voor wie ze nog kent). Er was een trainee en een meer ervaren kracht, gelukkig werden wij door de laatste geholpen, maar die had er evengoed nog 45 minuten voor nodig om een papier in te vullen. Ik moet er niet aan denken hoe lang het had geduurd als de trainee mij had geholpen……

Onderweg naar Santa Marta kom je een grote stad tegen, Barranquila, verder is het eigenlijk één lange weg, dus verdwalen is lastig. Tot je in Barranquila beland, borden zijn er erg zeldzaam, dus ik was hopeloos verdwaald. Bij een tankstation gestopt om de weg of in elk geval de richting te vragen. Maar Engels is een probleem, bijna niemand spreekt het, dus er stonden 5 mannen om mij heen in het Spaans te ratelen, heel verhelderend…………. Toen kwam er een jonge man, die sprak gelukkig een beetje Engels. Dus 6 mannen om mij heen. Uiteindelijk werd besloten dat er een van de heren op de motor voor me uit zou rijden en de weg wijzen. Op mijn angstige gepiep dat hij niet zo hard moest rijden – en vertaald vanuit het Engels naar het Spaans door de jonge man – barstten de mannen allemaal in lachen uit. “Hij kan niet hard rijden……”. En dat klopte, hij ging niet harder dan 30, begeleid door grote rookwolken uit de uitlaat. Geweldig toch om mee te maken!!

Santa Marta is niet heel bijzonder als stad, maar wel belangrijk omdat Simon Bolivar hier in de omgeving heeft gewoond. De botanische tuinen, rondom het huis waar hij heeft gewoond, zijn prachtig. Mooi aangelegd, er is een grote populatie aan vogels, apen en er leven zo’n 30 soorten varanen. Santa Marta is ook een goede uitvalsbasis om het Tayrona NP te bezoeken, een pracht National Park.

Bij het inleveren van de auto op de luchthaven trof ik de zussen van Peppi en Kokki, beiden spraken geen woord Engels en ik heb 30 minuten nodig gehad om duidelijk te maken dat ik de auto kwam inleveren, ze dachten dat ik er een kwam huren. Tja, waar maak je zoiets mee, alleen in Colombia.

De 8 dagen waren snel om, maar ik heb enorm genoten. Langs de weg zie je verkeersborden die waarschuwen voor overstekende slangen, hagedissen en miereneters, er zijn kuilen in de weg of ze staan deels onder water met het putdeksel open. Op de “snelweg” kom je van alles tegen: voetgangers, ezelskarretjes en bromfietsen. Maar ook heel veel verkeersborden die variëren van 80 tot 20 tot 60 tot 40 en dat allemaal binnen een kilometer. Het is dus wel oppassen geblazen.

Colombia is echt een aanrader, Engels spreken ze niet of nauwelijks, behalve het personeel in de 4 en 5 sterrenhotels, maar met handen en voeten kom je er wel, want ze zijn heel behulpzaam. Ik ga er zeker nog een keer naar terug, maar dan langer, ik zou graag meer van het binnenland zien. Ik vond het er ook erg schoon, maar buiten Cartagena zie je ook veel armoede en zwerfvuil, het deed met soms aan Jamaica denken qua huisjes. Wat ik wel een beetje miste waren bloemen, zoals je die op andere Caraïbische bestemmingen of in Indonesië ziet. Colombia is heel groen, maar het heeft niet veel kleur qua bloemen.

Maar voor ik terug ga naar Colombia, ga ik mijn gedachten eens richten op Peru, ook heel indrukwekkend qua bestemming, schat ik zo in. Wil je meer weten, mail of bel me gerust, ik help je graag met je reisplannen naar Colombia, of naar een andere mooie bestemming.