Sumatra, deel 2

Margriet Noort op 28 April 2013
Vandaag een hoogtepunt van de reis, de jungletrekking van 3 uur door het oerwoud, om op “jacht” te gaan naar de oerang oetans. Ik heb er verschillende mogen zien, gelukkig, waaronder een moeder met een jonkie. Sommige apen zijn half-wild, zij komen naar de voederplaats, waar je ze eten kunt geven. Deze trekking is prima te doen voor mensen die een redelijke conditie hebben, maar er zijn ook trekkingen van 6 uur of van meerdere dagen, waarbij je in tentjes in het oerwoud slaapt. Dat zou ik ook graag nog een keer doen, maar dan op Kalimanten, daar bestaat een 20-daagse trekking, lijkt me helemaal super. Maar ik dwaal af.

De andere dag stond een bezoek aan een schooltje gepland. Wat hebben die kinderen weinig, schoolbanken die bij ons een eeuw geleden al vervangen zouden zijn, slecht zittende en armoedige kleding, weinig boeken en schrijfmateriaal. Gelukkig had ik onder andere pennen meegenomen, daar werd om gevochten door de kinderen. Ballonnnen, schrijfpapier e.d. zijn ook heel goed om mee te nemen, ook hier is gebrek aan. Dan weer verder naar Berastagi, voor een bezoek aan de bekende fruitmarkt. Talloze soorten en variëteiten liggen hier prachtig tentoongesteld. Het is een lust voor het oog en ik dwaal er altijd graag rond. Leuk om gekke en onbekende etenswaren te bewonderen.

Dan na een laatste stop bij de Sipisopiso waterval kwam ik aan bij Parapat, waar ik de oversteek over het diepe Tobameer naar Samosir maakte. Samosir is een stuk rustiger dan het vasteland, dus prima om per huurscooter te verkennen. Het meest opvallende vond ik de diverse grafmonumenten die naast de Batak-huizen staan of gewoon midden in een rijstveld. Hier liggen de (voor)ouders van de huidige land- en huiseigenaren, waardoor het land niet meer verkocht kan worden en op deze manier wordt gewaard voor het nageslacht. Ik heb ook nog een dansvoorstelling van Batak-dansen bijgewoond en de Batak-huizen van binnen gezien. De huizen zijn er somber vind ik, maar de mensen leven natuurlijk voor een groot deel buiten.

Na een dag Samosir moest ik alweer oversteken naar het vasteland, voor de volgende etappe naar Sipirok. Onderweg gestopt bij een plantage om te zien hoe kruidnagel, ananas en papaya groeien. Wist u dat kaneel van een boom komt? Ik wel inmiddels!

De volgende dag begon de lange reis naar Bukittinggi en onderweg ben ik letterlijk over de evenaar gestapt, van het noordelijk naar het zuidelijk halfrond. Dat kan bij Bonjol, daar staat ook op de grond geschreven waar de evenaar ligt, al kan het misschien wat centimeters schelen.

Onderweg ook nog een stop gemaakt bij een markt, daar werd, behalve groente en fruit, ook verse en gedroogde vis verkocht. Met name dat laatste zorgde voor een niet heel aangename geur, maar toch leuk om al die “afdelingen” op de markt te zien.

Het laatste deel van mijn verslag lezen? Dat vindt u in deel 3 van mijn belevenissen op Sumatra