ZWITSERLEVEN GEVOEL MET ITALIAANS TWIST

Sabina van Cruchten-Huyskens op 17 January 2022
Gezonde berglucht, spectaculaire Alpentoppen, kraakheldere meren en groene weides vol Milka-koeien dat is het échte Zwitserleven gevoel. Dit land is welvarend, maar ook rijk aan prachtige natuur afgewisseld met historische steden en een heel eigen wijncultuur.

Jarenlang zijn we, op weg naar de Adriatische Kust, alleen maar dóór Zwitserland gereden. Bij het zien van de besneeuwde bergtoppen tegen een kraakheldere strakke blauwe lucht klonken ieder jaar weer de oh’s en ah’s. Elke keer weer kwamen we tot de conclusie dat we toch écht een keer moesten stoppen in Zwitserland. Hoogtijd dus om nu eindelijk de daad bij het woord te voegen. Wintersport minnend Nederland weet de prachtige hooggelegen skigebieden ieder jaar weer te vinden. Wij zijn benieuwd of het er net zo goed toeven is in de zomermaanden. Zwitserland is niet een van de voordeligste vakantielanden van Europa. We besluiten daarom het Alpenland te combineren met een verblijf aan één van de Noord Italiaanse Meren.

Zwitserland is per auto prima bereikbaar. Vanuit Limburg rijd je in één dag naar je plaats van bestemming. Wij kiezen voor een verblijf aan de Thünersee. Dit meer ligt centraal in Berner Oberland, en is één van de oudste toeristische regio’s van het land. Bij aankomst blijkt al heel snel dat dit een goede keuze is. De ligging is werkelijk prachtig. In een sprookjesachtig decor doemen de imposante bergen op. Langs de oevers van het kraakheldere water kom je behalve de charmante steden Thun en Interlaken ook talrijke andere gezellige dorpjes tegen. Genoeg mogelijkheden dus om een leuk onderkomen te vinden. Het maakt eigenlijk niet zoveel uit waar je logeert. De afstanden tussen de plaatsjes rondom het meer zijn van dien aard dat alle leuke bezienswaardigheden binnen “handbereik” liggen. Het feit dat men in dit gebied Duits spreekt is een heel prettige bijkomstigheid. Weliswaar Schwyzerdütsch, maar alles beter dan Frans, Italiaans of Raeto-Romaans.

Tegen de avond arriveren we in het kleinschalig, maar bruisend stadje Spiez, onze verblijfplaats de komende dagen. Het plaatsje ligt in een heuvelachtige omgeving tussen de wijngaarden en aan één van de mooiste baaien van Europa. De volgende dag gaan we na een heerlijk ontbijt, geserveerd op het terras, op pad. De vriendelijke eigenaresse van ons hotel raadde ons aan onze eerste dag een beetje “rund um Hause” te blijven. Een goede tip, want op loopafstand is genoeg te zien. Een groot aantal gebouwen in de buurt dateren van vóór 1920. Vanwege de typisch Zwitserse en zeer idyllische charme is het geen straf om op je gemak naar het middeleeuwse kasteel te wandelen, dé bezienswaardigheid van Spiez. Omdat inmiddels de zon hoog aan de hemel staat, slaan we een bezoek aan het museum over. Wel beklimmen we de toren. Ook hier hebben we weer prachtig zicht op de baai en het meer. Het zien van de vele kleurrijke wijnvelden verbaasd ons enigszins. Zwitserland en wijn? Daar moet ik maar eens verder induiken. De Zwitserse berglucht is niet alleen gezond, maar maakt ook hongerig. Tijd voor de lunch, dan ook maar direct met een glas plaatselijke wijn erbij. We kiezen een mooie locatie uit aan het meer. En op de vraag welke Zwitserse wijn we moeten nemen grapt onze ober “Onze wijnen zijn allemaal heerlijk. We exporteren bijna niets, want we drinken ze liever allemaal zelf op”. De wijn smaakt beslist naar meer……

Of het gaat om het uitzicht of om de uitdaging, als je in Zwitserland bent dan moet je de bergen in. Rondom de Thünersee liggen prachtige bergtoppen, maar omdat het Jungfraujoch (3454 meter) zo ongeveer om de hoek ligt trekken we onze wandelschoenen aan en gaan we op pad. Gelukkig is het heel helder weer. Dat is overigens een must als je deze trip onderneemt. Wij vertrekken vanuit Grindelwald met de tandradbaan, een belevenis op zich. Bij het zien van de duizend meter hoge toppen van de Eiger, Mönch en Jungfrau word je even stil. Eens te meer realiseer je hoe nietig je bent in deze imposante en overweldigende natuur.

Tijd om te vertrekken richting het Lago da Orta in Italië. Je kunt er via verschillende routes naar toe rijden. We hoorde dat we beslist een bezoek moesten brengen aan Lugano, dus rijden wij een klein stukje om. Deze mondaine stad is nog Zwitsers, maar het gelijknamige meer wordt gedeeld met Italië. Op een gezellig terras op de Piazza della Riforma genieten we van een heuse espresso. We hebben absoluut geen spijt van dit flitsbezoek aan deze mooie stad.

Als we in de avond arriveren bij Lago da Orta kunnen we nog net genieten van een prachtige zonsondergang. Dit “kleine zusje” van het Lago Maggiore wordt nog niet overspoeld door toeristen. Als je drukte op wilt zoeken dan rij je in een klein half uur naar het veel grotere Lago Maggiore. In Zwitserland hebben we veel gezien en vooral gewandeld. Omdat we het in Italië iets rustiger aan willen doen hebben we gekozen voor hotel L'approdo. Dit 4-sterrenhotel hotel ligt in het plaatsje Pettenasco. De locatie is prachtig, direct aan het meer. Heel bijzonder is het uitzicht op de Sacro Monte-heuvel. Deze Heilige Berg van Franciscus staat op de Werelderfgoedlijst van UNESCO en is voor velen een bedevaartoord.

De volgende ochtend laat het weer ons een beetje in de steek. We besluiten een fiets te huren en het schilderachtige Orta San Giulio te bezoeken. Hier heeft de tijd stil gestaan, hier proef je die échte Italiaanse sfeer van vroeger. Via de smalle, schilderachtige straatjes komen we uit op de Piazza Motta, met zijn prachtige huizen en arcades. De ideale plek voor een overheerlijke Italiaanse lunch. Italië is heerlijk en de tijd vliegt.

Ons oorspronkelijke plan om in één keer naar huis te rijden hebben we bijgesteld. Het merendeel van de wijnbouw in Zwitserland concentreert zich rondom het Meer van Genève. De wijngaardterrassen van Lavaux, sinds 2007 op de Werelderfgoedlijst van de UNESCO, behoren tot de mooiste regio’s van Zwitserland en zijn een must voor iedere wijnliefhebber. Dus maken we een extra stop in de buurt van het middeleeuwse wijndorpje St. Saphorin. De kerktoren van dit dorpje is terug te zien op diverse wijnetiketten. In de nauwe steegjes met karakteristieke wijnboerhuizen kun je vrijwel overal een glaasje wijn proeven. Één glaasje dan, want Lausanne is nog een klein half uurtje rijden.

Wat hebben wij een bijzondere reis achter de rug. Wij kennen nu het Zwitserleven gevoel. Combineer dat met la dolce vita van Italië en je hebt “best of both worlds!