Madeira: een groen avontuur vol verrassingen
Dag 1: Thuiskomen in Funchal Na een soepele vlucht landen we op Funchal. Vanuit het vliegtuigraam zien we al waarom deze luchthaven zo berucht is onder piloten: de landingsbaan is deels gebouwd op palen in de zee. Spectaculair!
We worden opgehaald en naar ons hotel gebracht: het prachtige Castanheiro Boutique Hotel in het historische centrum van Funchal. Zodra ik binnenstap, voel ik me thuis. Dit hotel is allesbehalve standaard. Het bestaat uit vijf verbonden panden, elk met karakter en geschiedenis, maar met een moderne, warme inrichting. Mijn kamer is licht, ruim en comfortabel – en zodra ik het dakterras ontdek, weet ik dat dit een fijne uitvalsbasis wordt. Een verwarmd zwembad met uitzicht over de stad en de bergen op de achtergrond. Hier wil je elke avond eindigen.
’s Middags maken we kennis met de Madeireense keuken tijdens een culinaire tour door Funchal. Kleine lokale gerechten, Madeirawijn, gepassioneerde ondernemers – het eiland zet meteen z’n beste beentje voor.
Dag 2: Levadawandeling, kabelbaan en gillen in een rieten slee Na een uitgebreid ontbijt starten we de dag actief met een Levada-wandeling door Paradise Valley. De levada’s zijn oude irrigatiekanalen, en het pad ernaast voert je door een wereld van groen, stilte en stromend water. Zelfs als je niet zo’n geoefende wandelaar bent, is dit goed te doen en ontzettend mooi.
Na de wandeling rijden we richting Monte, waar we de kabelbaan naar boven nemen. Vier kilometer lang zweven we over Funchal, richting 560 meter hoogte. Boven vind je de botanische tuinen (die slaan we helaas over), maar het uitzicht alleen al is de moeite waard.
En dan: de Toboggan ride! Een houten slee op gladde asfaltwegen, bestuurd door twee mannen in wit uniform en strohoed. Twee kilometer glijden we naar beneden, gillend van plezier én spanning. Op sommige stukken gaat het verrassend hard. Deze rit had ik voor geen goud willen missen – het is Madeira op z’n charmantst.
’s Middags bezoeken we een aantal hotels, waaronder het elegante Cliff Bay en het moderne Savoy Palace. Stuk voor stuk bijzonder – Madeira heeft duidelijk oog voor stijl en gastvrijheid. We sluiten de dag af met een diner bij Pestana Carlton, met uitzicht op zee.
Dag 3: Jeeptour met Eddy – bossen, bergen en lavazwembaden Vandaag is misschien wel mijn favoriete dag. We worden opgehaald door gids en chauffeur Eddy, een energieke local met een hart voor zijn eiland. In een 4x4 rijden we westwaarts, steeds hoger de bergen in. De omgeving verandert constant: van weidse hoogvlaktes tot bossen vol mist en mos.
Onze eerste stop is Pico do Urze, in het gebied Paul da Serra. De rit erheen is offroad – en dat voel je. Onderweg passeren we loslopende koeien en stoppen we op plekken waar het uitzicht je letterlijk stil maakt.
Daarna rijden we het mysterieuze Fanal-woud in. Dit deel van het Laurissilva-bos hangt vaak in de mist, waardoor het iets sprookjesachtigs krijgt. Vandaag is het helder: de zon breekt door het bladerdak en het mos gloeit zacht op. Een magische plek. Als je hier ooit gaat wandelen: de route “25 Fontes” is een aanrader.
We dalen af naar de noordkust en lunchen in Porto Moniz, bekend om de natuurlijke lavazwembaden. Door de ruige zee zijn ze vandaag gesloten, maar het uitzicht is waanzinnig. Dieper in het noorden ligt Seixal, met een zwart vulkanisch strand en oude boerenhuisjes. Vroeger woonden hier gezinnen van 10–15 personen in kleine houten hutjes. Tegenwoordig worden ze omgetoverd tot sfeervolle vakantiehuisjes.
We sluiten af op de Skywalk van Cabo Girão, een glazen platform op 580 meter hoogte. Ik moet even slikken, maar het uitzicht is de spanning waard.
Dag 4: kliffen, rum en kleurrijke huisjes We starten met regen, dus gooien we de route om. Flexibiliteit is hier geen luxe, maar een must. Onze chauffeur brengt ons via de zuidkust naar het oosten.
Eerste stop: het uitzichtpunt boven de luchthaven – vanaf hier zie je pas goed hoe uniek de landingsbaan van Funchal is. We rijden door naar Ponta de São Lourenço, het oostelijkste puntje van het eiland. Dit schiereiland is grillig, groen en ruig. Je kunt hier prachtig hiken – de route naar Cais de Sardinha is pittig maar adembenemend.
Langs de noordoostkust passeren we Porto da Cruz, opnieuw met een natuurlijk zwembad (gesloten door de golven), en stoppen bij de rumdistilleerderij Engenhos do Norte. Ik koop er ingrediënten voor Poncha – de lokale rumcocktail – en souvenirs.
In Faial bezoeken we een viewpoint op het randje van een klif. Indrukwekkend én spannend. Hier voel je letterlijk de kracht van de natuur. Daarna rijden we door naar Santana, beroemd om z’n kleurrijke driehoekige huisjes. Ja, toeristisch, maar wél leuk om gezien te hebben.
We lunchen bij Quinta do Furão, een prachtig hotel-restaurant met uitzicht op zee. Hier proef ik lokale gerechten waaronder de typische rundvleesespies – heerlijk. Omdat Pico do Areeiro in de mist ligt, besluiten we richting het zuiden te rijden en sluiten af in Câmara de Lobos, een charmant vissersdorpje met gekleurde bootjes en ontspannen sfeer.
Dag 5: tot ziens Madeira Op onze laatste ochtend geniet ik nog één keer van het ontbijt en dan is het tijd om in te pakken. Terwijl ik mijn koffer sluit, denk ik terug aan de afgelopen dagen. Aan de natuur, de mensen, de kleuren en de stilte. Madeira heeft me verrast, geïnspireerd en geraakt.
Het is geen standaard zonbestemming. Je kunt er wandelen, roadtrippen, culinair genieten of gewoon tot rust komen met uitzicht op zee. Voor koppels, solo-reizigers én gezinnen biedt het eiland een heerlijke balans tussen comfort en beleving. En het hele jaar door een aangenaam klimaat.
Ben je op zoek naar een unieke, niet-toeristische bestemming met karakter? Dan is Madeira echt iets voor jou.